Dagelijks archief: 6 maart 2021

Familie Bosgraaf en groepsfoto’s

IMG_0017

De groepsfoto is genomen ter gelegenheid van het huwelijk van Geert Meerstra en Antje Roeters.
Dit was in september 1945.

Op de foto: 1. Geertje van der Tuin,2,3,4,5,6,7. Anna Zijlstra,8,9. Martsje Bosgraaf- de Jong,10. Trijntje Meerstra,11. Johannes Meerstra,12. Jelkje de Jong, 13. .. Dijkstra, 14. Siep van der Land, (hadden winkeltje aan de Trekweg ),15. Lieuwe Boonstra,16. Wim Jepma,17,18,19. Trien Epema,20. Griet de Jong,21. Oane Dijkstra (oom van Jouke Dantuma), 22. Jetske Kooistra,23. Boukje van der Land,24. Ate Meerstra,25,26,27,28. Pieter Roeters ( vader van de bruid),29. Dekien-Roeters- van der Velde( moeder van de bruid),30. Geert Meerstra,31. Antje Roeters, 32. Trijntje Meerstra- van der Tuin ( moeder bruidegom), 33. Wiebe Meerstra (vader bruidegom),34. Wietse Kloosterman, 35. Pieter Zijlstra,36. Jabik Bijlstra,37. Trijntje Reitsma-Kloosterman,38. Sietske Dantuma-Dijkstra ,39,40,41. Trijntje Nicolai,42. Froukje Bijlstra,43. Martha de Boer,44. Durk Bosgraaf ( e.v. Martsje),45,46,47. Sjoerd Meerstra (soldatepet op, net terug uit Indië),48. Teake van Lingen,49. Ko Meerstra,50. Harm Zijlstra,51. Bouke Meerstra,52. Hans de Jong, 53. Jan Banga,  54. Sjoukje Bosgraaf,55. Ate van der Tuin.

 

IMG_0024

Achterste rij:1?, 2Aukje en Wietske Bosgraaf(tweeling), overige namen onbekend.
Middelste rij:1?,2?, 3Durk Bosgraaf.

IMG_0022
Pieter Zuidema, heeft gewoond in de boerderij aan de Weerdebuorsterwei, waar de familie Hoeksma nu woont.
Hij was jager met een windhond.

IMG_0023

Rechts op de tafel de tweeling Aukje en Wietske Bosgraaf, daarachter Adema?.
Links voorste rij: Freerk de Vries?

Berichtnr.:1427/fb.

Share This:

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Algemeen, Fotoalbum, Onbekende personen

Grasdrogerij en Drogerij bij de Bunte Houn

De grasdrogerij was één van de drie coöperatieve drogerijen die bij de brug over de Trekvaart gevestigd zijn geweest:

In 1921 werd benoemd tot secretaris-boekhouder der coöperatieve cichoreidrogerij “Ons Belang” S. van der Schaaf.
In 1940 werd de voormalige cichoreidrogerij “Ons Belang” verbouwd tot grasdrogerij van de coöperatie grasdrogerij “De Bûnte Hond”.
In 1947 bood de grasdrogerij onderdak aan de kruidencoöperatie “Westergeest”.

lees meer: https://hystoblog.wordpress.com/2015/11/27/de-bonte-hont/

Lees meer over Holpatex, klik dan hier


De kruidencoöperatie in 1947

Van Meent Wiersma van FB Ald Driezum-Wâlterswâld kregen we deze foto’s ( zie ook hun facebookpagina). Er staan 2 dames op van Westergeest, namelijk Griet  de Vries ( later e.v. Geert Postma), Klaske van der Veen ( dochter van Durk en Trien van der Veen)

De overige dames en heren zijn afkomstig van Driezum Walterswald , Sjoukje Posthuma – Bethlehem en haar dochter Bonnie, Willie Boonstra, Jitske Boltjes , Lutske Boonstra – Jongboom en Jettie Kuitert. Verder namen als Tsjikke Wiersma van de Hoeksterloane in Damwâld,  Tea Luinstra van Kollumerzwaag en een Vogel Zijlstra. Verder zijn er nog een paar mannennamen te noemen, Abele, Jaring, Rense en Tjisse.

2. Griet, 4. Klaske, 6. Jitske?


2. Klaske 5. Griet

 


9. Klaske 10 Griet de Vries


5. Jitske?7. Griet 8. Klaske


6. Griet


6. Klaske

 

Henk Hansma schreef onderstaande voor het Foestrumerarchief.
Kruidencoöperatie Westergeest G.A.

De kruidenteelt in Nederland kent geschiedenis, het was een vrij nieuwe teelt en bestond uit een aantal Coöperaties  t.w. in Westergeest, Doornspijk, Wijchen en Veghel. Dit werd na de tweede wereldoorlog met de Marshall hulp en Dep. van Landbouw gefinancierd en opgericht.

De Kruidendrogerij in Westergeest was dus daar één van. Het heeft verschillende besturen gekend en elke coöperatie had leden. Zo ook in Westergeest. De laatste Directeur A.B. Dijkstra ( 1918 – 1981) zat, vermoed ik, al in het bestuur, in ieder geval al in 1951.
Hij woonde later in één van de twee nieuwbouwhuizen naast de fabriek.

In 1954 kocht de vereniging de fabriek van de overheid. De aantallen soorten  kruiden die verwerkt werden liepen terug naar een kleiner aantal. De leden die deel namen aan de teelt waren veelal kleine boeren in Friesland en ook in Groningen.

De fabriek kende een voorlichter in de persoon van Dhr. B. ter Veer uit Haren die veelal in de buitendienst werkte. Hij gaf voorlichting  ook voor het gereed maken van de grond.
Voor dat  de kruidenzaden of kruidenplanten in de grond kwamen moest minstens 14 dagen van te voren  kunstmest worden gestrooid. Daarna moest het zaai- of plantbed klaar gemaakt worden.  Gemiddeld strooide men 8 kg patent kali, 6 kg super en 8 kg stikstof per are.

Meestal werden de gedroogde en verpakte kruiden gebruikt in de geneeskunde. Zoals Digitalis Lanata en Purpurea voor hartpatiënten. Ook viola  tricolor(driekleurig viooltje) werd gebruikt voor medische toepassingen (huiduitslag, zweren, jeuk,  koortswerend) en  eveneens de olie voor parfums. De Lobelia Inflata voor aandoeningen van het centrale zenuwstelsel.

Ook werden pakketten aromatisch gewassen ( voor smaak en genot zoals mentha ook als licht medicijn) in Nederland meer onder de aandacht gebracht, aldus Dhr. B. ter Veer.

De kruiden werden, als ze geoogst zijn, door de chauffeur Hendrik van der Vaart  uit Zwagerveen met een vrachtauto volgens planning  gehaald en naar de drogerij in  Westergeest gebracht. Hier werden ze gedroogd op de droogvloeren,  verpakt en afgezet. Incidenteel werd er ook nog wel eens een trouwboeket gebracht en mee gedroogd.

De drukte lag natuurlijk in de zomer/herfst en kende daardoor een seizoensmatige bedrijvigheid. Bij slecht weer ontstonden veelal moeilijkheden om alle oogsten tijdig op te halen en te drogen op de droogvloeren. Door het lange liggen van het materiaal ontstond dan ook broei en een slecht eindproduct. De afzet van de producten was in de aanlooptijd ook niet zo gunstig, maar later werd dat beter.

Omdat het veel seizoenswerk was kampte men met een overcapaciteit. M.a.w. de vloeren worden niet optimaal gebruikt en het personeel had geen voldoende werk. Veelal probeerde men later aanvullend werk te vinden en daar werden heel wat producten voor aangetrokken wat lang niet altijd rendabel was.

Men werkte ook veel met mensen in los dienstverband die door de gemeente werden aangeboden of die anders ondersteund moesten worden door W.W of andere uitkeringsinstanties. Een aantal vaste medewerkers bleven in dienst.

Toetreding Holpatex
De toetreding van de lege N.V. Holpatex zorgde voor meerdere activiteiten bij de Kruidencoöperatie. De directeur kwam uit een lompen en papierhandel uit Deventer. Directeur Max Gosschalk (1924-2000). Zowel het drogen en/of verwerken nam toe tot wel zo’n 40 tal soorten materialen.

De toerusting van machines en apparatuur in de fabriek was lang niet toereikend om alles op tijd klaar te krijgen. Veelal waren de mensen en ook de machines niet geschikt om de diverse materialen op tijd klaar te krijgen of te verwerken. Men moest  ‘leergeld ’betalen en drastisch investeren in het moeilijk te bewerken materiaal.

Om een idee te krijgen van de soorten materialen een kleine opsomming: koffieafval, lompen, bloem, plastic-granulaat, TPTH, Viscose,  garens, touw, sisal, haver, vismeel, schuimplastic, Maneb, Dimecron, zakken, jute, cassave-wortelen  etc.   En dan ook nog  de KRUIDEN.

Door de tweekoppige directie namen bovendien  de overheadkosten ook flink toe.
Afijn,  de N.V. Holpatex ging ten onder in november 1964 en de Kruidencoöperatie Westergeest G.A. in november 1967.

Lag het aan de Directiebeleid?  De onbekendheid van de materie of de afzet van de kruiden? In ieder geval de archieven van beide bedrijven zijn( misschien uit voorzorg)  grotendeels vernietigd.

Het zou zijn gebeurd door ruimtegebrek. Er zijn rechtszaken en veroordelingen geweest, waarbij bestuur en directie van de Kruidencoöperatie terecht hebben gestaan. De andere directeur (Max Gosschalk) is de dans blijkbaar ontsprongen.

© Henk F. Hansma

Hemrik

 


1962


1962

1964

1966

De Bonte Hond Omstreeks 1970
Brand in de Kruidendrogerij.
Op de voorgrond op de fiets Heine Kempenaar(vader Bartele Kempenaar).


Bescheiden KruidenCoop Westergeest werden voor faillissement verbrand
23 maart 1970

IMG_0022

Grasdrogerij bij de Bunte Houn.

1982


1982

Jaartal niet bekend

 

Berichtnr. 1387.

Share This:

3 reacties

Opgeslagen onder Algemeen, Eelke Meinertswei, Fotoalbum, Oudwoude, Simmerwei

De opkomst en ûndergong fan de N.V. Holpatex Westergeest

Burgemeester Ottevanger werd gevraagd om in het personeelskrantje van Tweelingbedrijf Kruiden coöperatie en Holpatex Westergeest N.V. een inleidend woord te schrijven. Hierbij:

Aan allen die het welzijn van de Gemeente Kollumerland c.a. ter harte gaat.

Gaarne wil voldoen aan het verzoek van de directie van het tweelingbedrijf — Kruidencoöperatie en Holpatex Westergeest N.V. om een inleidend woord in hun — voor de eerste maal verschijnend contactorgaan te schrijven.

Natuurlijk en zonder mankeren is het gemeentebestuur ten zeerste in deze bedrijven geïnteresseerd, zoals het belang stelt in alle industrieën gevestigd in deze gemeente. We hebben deze ondernemingen de laatste jaren zien groeien en uitgroeien.
Hoe deze ontwikkeling verder zal verlopen, is nog een open vraag. Het vraagteken op de titelpagina wil dit dan ook uitbeelden.

Wel willen we hier uitspreken, dat we, gezien de gang van zaken, alle hoop hebben, dat ook in de toekomst deze industrieën aan vele handen werk en aan vele gezinnen een bestaan zullen geven.
Juist hieraan hebben we in Kollumerland grote behoefte! Dit is een levensvoorwaarde voor het leefbaar doorbestaan van onze gemeente! Gelet op de voortvarendheid , goede wil, vlijt en bekwaamheid van de directie, mogen we verwachten dat deze bedrijven hun aandeel zullen leveren voor de bloei van onze gemeente.

Het lijkt mij een juiste gedachte om door middel van een contactorgaan menselijke bindingen te verstevigingen, inzicht in het bedrijf te geven en medeleven te stimuleren..
Ik hoop van harte dat het voor werkgever en werknemer een succes mag worden.

Tenslotte Kruidencoöperatie en Holpatex Westergeest N.V. het moge U zeer wel gaan met allen die aan U verbonden zijn.

De burgemeester van Kollumerland c.a.,
H. Ottevanger

©H.F.Hansma
Hemrik

 

                                                         “Lesson One “yn Westergeast

of de opkomst en ûndergong fan  de N.V. Holpatex Westergeest te Westergeest

Het leven is een pijpkaneel

 Elk zuigt er aan, en krijgt zijn deel.

 Maar kijk, wie zuigt er weer het meest?

 Het personeel van Westergeest.

naar v.d. Vondel

M.Gosschalk.

Jierren 1960 –1964.

It begjin

Santjin jier wie ik doe ik fan de Mulo ôfkaam en  fia myn heit in baantsje krige by de Kruidencoöperatie yn Westergeast. Nee, net by de “Bûnte Hûn”dat wie de Gersdroegerij dy efkes neier  by de brêge stie. Nee, dit wie de droegerij fan aromatyske krûden wer ek genêsmiddelden fan makke waarden.

Ien fan de fjouwer fabriken dy mei help fan de Marshal-plan krekt nei de leste wrâld kriich opset waar troch de V.S. fan Amearika. Oprjochte te Bûtenpost op 06.02.1947 en iepene op 22.09.1948.

Fan de 40 – 50 soarten krûden wienen der no mar in pear soarten oerbleaun dy noch rendabel wienen.

Sa goed as ik my dat herinnerje kin wienen dat : Digitalis Lanata en Purpurea , Lobelia inflata en het alom bekende   Viola. Dit leste plantsje (trijekleurich fioeltsje) komt noch nei 42 jier op yn myn tún, dat it sied moat wol tige sterk west wêze. Fan de lobiline  út de Lobelia inflata waard doe beweard dat it helpe soe by it  ôfwennen fan it smoken.

Mar goed, by wa kaam ik earst yn de keamer te sitten, doe ik foar it earst op moandeismoanne op 17 septimber 1962 begon te wurkjen?

Ja seker, by ien fan de direkteuren fan de fabryk. Hy wie er lokkich net, dat ik hie gelok. De grute baas wenne  noch net yn Fryslân sa goed as ik it doe begriep. Wol hie er in sliepkeamerke boppe, mar der mochten we net komme.

Tige noflik yn de wenkeamer fan in nijbouhûs oan de Simmerwei 2-4. Oan de oare kant hienen we noch oare hierders sitten, dy koenen we somtiden hiel goed heare.

It wie de keamer fan Max Gosschalk , ien fan de direksje fan Holpatex Westergeest N.V. De oare direkteur B.A. Dijkstra, dy mei de dikke sigaar,  húsmanne yn in keamer yn it fabrykskompleks fan de droegerij. Boppedat wie dy ek direkteur fan de Krûden koöperaasje Westergeest wêrby ik einliks yn tsjinst wie.

Max Gosschalk

Max Gosschalk wie yn de begjinjierren sechstich yn beeld kaam doe de fabryk troch oerkapasiteit wurk socht om spul te droegjen.  Hy kaam út it westen, ik mien út Velsen of sa, mar dat wit ik net seker.

Hy wie op en top in direkteur, wat kealjend brún , koarte fingers en  in fleske rûkersguod op it buro. De kantoar froulju spuiten wol es, dan stonk it hiele kantoar der nei.

Der yn it westen moat er in fabryk han ha dy troch brân oer de kop gien wie en net wer opstart wurde koe troch dat er net of ûnderfersekert wie sa’t kweade tongen doe bewearden.

Hoe hy syn bedriuw yn dizze omkriten wer opstarte koe is my nea dúdlik west, mar hy hat it foar elkoar krigen , dat is seker. Holpatex N.V.besjutte en dat sil wol net folle minsken mear witte: Holland Papier en Textiel  N.V.

In bedriuw yn in bedriuw die fan alles behandele yn dy tiid  sa as : moal,   keunstmest, sekken, castorsead, cassave woartels, tapiocamoal, lompen, tou, flaaks, sisal, manilla, plastyk, plastyk granulaat, barium cadminum sâlt, karathene, manilla, benzoë zuur, TPTH, jute,  mar foaral yn 1962 droegen en ferwurken  se : fiskmoal.

Fiskmoal

In fiersten te grutte partij dy te rotsjen lei by de feart neist de fabryk. It “stjonkfabryk” koe it droegjen doe lang net oan want er wienen ek noch krûden dy droege moasten wurde.

It wie in ôfgriis hoe dat guod stonk

De wurklju stonken wol in oere yn de wyn, en dan moasten se jûns ek noch mei hun frou op bêd.

Der sille fest wol froulju west wêze dy sein ha: “Gean foart stjonkert”.

 

De fiskmoal wie oanfierd fia Skûlenboarch en kaam út in it Grykske skip ’ Pathos’ dy yn brân stien hie en yn Rotterdam lei. Troch it bluswetter wie de party wiet rekke en moast droege wurde. En ja, wer gie dat hinne ? Nei Westergeast fansels .

No, dat ha de minsken yn de omkriten witten. It bedriuw hat hiel wat lekker rûkerspul rûn diele moaten, mar of dat ek holpen hat? Yn elts gefal krigen de minsken dy op ‘t kantoar wurken in ekstra taslach op ‘t lean fan f. 6,00

yn ‘e wike. De trochsnee minsken yn de fabryk fertsjinnen doe smoarch f. 45,00. It kantoarpersoniel f. 30,00 en de Direksje f. 252,00 wyks.  De minsken yn  hegere funksjes (sjefs en sa.) hienen mear fansels.

Oan de ein fan ‘e wike moasten wy it lean yn de brúne pûdsjes dwaan, dat wie in hiele tellerij. As er sinten oer wienen of tekoart dan moasten we alles der wer útklauwe en as spiele de duvel der mei, dochs wie der wol es ien die sei dat er te koart hie , nea te folle.   Dat te koart, sil thús wol west wêze tink ik.

De fiskmoal waard regelmjittich meunstert en opstjoerd, dat wie oerienkaam. Myn kollega, Otto dy dat wurkje die,  sei dan, dat de maitsen troch it ferwaarmjen tsjin de solder oan spatten, dat er siet wol leven yn de brouwerij je moasten net mei iepen mûle der boppe hingje.

De baas fan it postkantoar, Pieter  Geertsma, wer ik it spul hinne brocht yn Kollumersweach foar it ferstjoeren,  snúfde al as ik er yn kaam.

 It kantoar

It kantoar  bestie út 5 á 6 minsken, wêrûnder de boekhâlder. De telefoan sintrale siet yn de keuken.

Max wie faaks fuort foar nije oarders en der die hy syn best wol foar, mar dochs hie ik it, hoe jong ik ek wie, dochs net sa op him stean. Hy hie er de wyn wol aardich ûnder foaral yn de fabryk, mar moast wol tige rekken hâlde mei de oare direkteur.

Er kaam ek wol es in frommiske lâns sa freeds om fiif oere. Ik mocht dan wat earder nei hûs ta. Se gienen dan nei syn keamerke boppe om’t it ien of oare te bepraten, sei hy. Mar doe tocht ik ek al, dat giet fest net oer de maitsen yn de fiskmoal.

De man krige in hûs yn Burgum oan de Skoalstrjitte en ried hin wer deis as er al op kantoar wie. Ek syn dochter Edith kaam te wurkjen op kantoar. En it moat sein wurde hy sparre se net, om’t sy  syn dochter wie. Nee, meastal riid se net mei heit mei yn de auto. Nee, se moast op de soleks  út Burgum komme. Se wie noch wol jong mar net skruten. Har freon dy 26  en barman wie yn Ljouwert kaam wolris foar har int middeiskoft hielendal út Ljouwert nei Westergeast foar wat frijerij.

Doe de ferkearing út rekke stie se wolris te tútsjeboartsjen om ‘e hoeke, mei ien fan de meiwurkers út de fabryk. Mar ja, je binne jong no ?

Gogomobil

It fabryk hie ek in persoane-auto foar de boadskipkes. Meastal naam in foarwurker Wiltsje Wiersma him mei nei hûs ta.

It ding koe net sa hurd, it wie in 45 km auto. Mar goed, op in dei moast er ien nei de bank yn Kollum.

Dat moast ik mar dwaan en ik mocht de gogomobil wol brûke. Dat wie wat, noch nea hie ik sels yn in auto riden. Amper wist ik hoe ik stjoere moast. Mar ja, net lyts wêze wolle fansels. Der yn. Ien hat it ding oan set en der gie ik. Hy raasde der oer ! ! . Ik snapte der neat fan werom er sa’n lawaai hie. Nei wat kilometers leven, krige ik it troch, hy stie noch yn de earste fersnelling en hy hie er twa. De oaren wienen ticht laske.  It gie al in stik better doe. Yn Kollum stie it swit my al op ‘e holle, ik moast doe fan alles dwaan. Remje, skeakelje, útsjen en ek noch om ‘e fytsers en auto’s hinne.

Ik ha it folbrocht, mar efterút doar ik net, dus ha ik mar in rûntsje riden troch Kollum en doe mar wer nei Westergeast ta. It wie dochs slagge. Ik ha der mar net oer praat, hy wie wer heel werom kaam en ik ek.

Buorren

Buorfrou neist it kantoar hie in pik-up krige. In nijmoadrich ding dy plaatsjes draaie koe. It wie de jierren sechstich. Se hie er ek in plaatsje by krige of kocht. . Tige noflik foar ús, mar it wie er mar ien. : Lesson One fan Russ Conway. Wy ha it witten !!!

Eltse moarn, in pear kear deis en wol in pear moanne lang, elke moarn: Lesson One, troch de tinne muorre hinne.

Wie it in foarteken ? In earste les foar de fabryk, foar de direksje ? It getyngel fan de  piano en it deuntsje wat stees hurder gie, it is  hingje bleaun nei safolle jierren.

Kollum Chemie

Op in dei kaam Max er yn mei in lyts behindich mantsje, in kunde. Ik sjoch him noch kommen. Hy waard foarstelt oan ús.

‘Schets’ sei hy. ‘Anton W.M. Schets.’   No witte wy wat dat betsjutten hat foar Aldwâld en  omkriten.

 

In giframp yn de slimste graad. Yntrodusearre oan de boargemaster H. Ottefanger fan Kollumerlân troch Max Gosschalk , direkteur Holpatex.  As de boargemaster alles fan te foaren witten hie , wienen er gjin lovende wurden west yn it personielskrantsje.

No ja, op 20 meart 1964 begûn Kollum Chemie mei it útfoeren fan de earste oarders. Yn 1963 hie er al mei jild fan in jildsjitter it skuorke efter it hûs fan Tsjalling Rekker koft. It fjirder ferhaal is wol bekend tinkt me sa.

In drama ! ! !.

Er waard personiel fan de fabryk útliend oan Kollum Chemie. De minsken krigen ekstra jild en men wist wer om it gie. It personiel bestand wie doe op syn grutst: 57 minsken wêrûnder de trije direksjeleden. (  mei Schets derby)

Ek in oantal froulju wurken doe yn de fabryk. De measten kamen út Driezum en Wâlterswâld. Jonge famkes mar ek troude froulju dy faaks yn de sortearderij oan  ‘t wurk wienen   Dat bestjutte fodden sortearje en  dy wienen lang net skjin doe. Wat se soms yn de bûsen fan de lompen siet no , der krigen wy doe noch in kleur fan. It wie gjin bêst wurk. Jo moatte tinke der wie yn dy loads gjin ferwaarming yn de winter en boppe dat,  wie it stoffich dat koe men wol begripe mei al dy materialen. As de famkes om kofjewetter nei it kantoar kamen seagen se swart om ‘e holle, net om’t se har net goed wosken hienen, mar fan it ‘s moargens fan it sortearjen en foljen yn de fabryk. Wie hienen er  doe as jonge jonges wol wat aardichheid oan harren.

Ynsektiside

Wat fest minder bekend is, dat Holpatex  N.V. ûnder de lieding fan de twakoppige direksje sich ek bezich gie hâlden mei it ferpakken en ferwurkjen fan ynsektisiden sa as Dimecron en  Maneb.

Yn april 1964 stie op ‘e wurklist:   “ Het afvullen, inpakken en verladen van 3.000 dozen Dimecron “

In swier giftich ynsektiside, levere troch Ciba A.G. út Switserlân. In Chemie reus by útstek.

Der wie it bedriuw eins net op klear. It stode as de miter yn de fabryk by it ôffoljen , der wienen gjin dûses, it kaam net op tiid klear. Om dat konsintraasjes gif te grut waar yn de fabryk waard bûten oan lange tafels wurke.

Ik wit noch dat ek wy ( it kantoar) mei tee leppeltsjes it gif yn lytse sekjes dienen, en yn de doazen ferpakten, en it waaide as it rikke. Om de safolle tiid waar it bloed neisjoen troch Dr. Roosdorp út Kollum, en hiest te folle gif yn it bloed dan mochtst net mear wurkje. It is my ek oerkaam.

Ien fan de meiwurkers út de fabryk , hear Minse Sipma, is op saterdeimiddei mei spoed nei it Sikehûs yn Ljouwert brocht.  Er is in ferslach fan makke troch de direksje en ôfdrukt yn in krantsje, mei as konklúzje: wol in produksjeferlies fan f. 6.000,00.

En strangere maatregels sa as waskje, dûse (dy wienen er net )en klean yn de fabryk en  wachtsje mei wurkjen oant de dûses klear binne.  Dat it bedriuw in oantal kêren stil lein waard troch de arbeidsynspeksje wie wol te begripen.

 Potas

Neist dizze wurkjes wie ek noch it kalsineren fan 110 ton russiche potas carbonaat mei in nije troch Stemmler Imex  levere masine,  dy noch al wat problemen joech.  It lân fan de boer tsjin oer de fabrik wie brún ferkleure om dat  de piip te koart wie. It ding doogde net en hat it bedriuw noch al wat finansjele offers koste. Ek de wurknimmers moasten oppasse it wie raar bitend spul wer it fel net sa bêst oer koe, sa as in pear minsken ûnderfynt hawwe.

Ôffal

It ôffal fan de fabryk wer de gemeente har al sa oan ergere ( de wurden ” mestvaalt” foelen) waard oplost troch de fabryk. Under it sechje fan : ús hiem is skjin ! Dat fan Jo ek ? waard alle rotsoai ferbaarnd en bedobbe ûnder de grûn neist de loads fan de fabryk. Ik ha heard dat letter der ek noch gif ûntdekt is oan de Simmerwei 3, dat er sil fest wol wat mear as alinne plastyk  bedobbe wêze.

It ein

Al mei al gie it hurd efterút en doe Anne Dijkstra , de oare direkteur,  siik waard en de leiding alhiel yn hannen fan Max kaam , waarden de skulden stees grutter.  Nei in ferlies fan de leste jierren  fan  f. 380.000,00 gie it bedriuw Holpatex oer de kop. Dat wie,  mien ik,  yn ein novimber 1964. It singeltsje wie út. Wie les 1 te hurd gien ?

It grute plan fan Max om fan Westergeast in grut doarp te meitsjen wie al hiel mislokt. Ik ha it ein net nei mear meimakke, op 16 oktober 1964 ha ik ûntslach naam, en bin ergens oars wurkjen gien. It bûtere al net sa best tusken ús. Hy hat al es sein: ‘ Do bist krekt in amtner, dû hast foar  eltse oplossing in probleem.’ Dat koe ik mar yn de bûse stekke.

Dat letter de administraasje ferbaarnd wie hat my net ferwûndere. In pear jier letter ha ik er noch es west om wat belesting gegevens. Ik krige doe it antwurd dat alles fuort wie en net mear beskikber en dermei koe ik hinne gean.

Dat de iene direkteur Anne Dijkstra letter allinne (as direksje) foar it gerjocht kaam is, in ferbân de saak fan de Krûden koöperaasje yn 1970 is folgens my net gehiel terjochte west. De oare (Max G.) hie er neist stean moatten.

Wie er net in Holpatex west, dan wie er ek gin Kollum Chemie west.

De beide mannen seagen yn it noarden goedkeape arbeidskreften foar smoarch en gefaarlik wurk werfoar se yn it westen net te rjochte koenen.

Brân op 13.05.1962

Kollumer Krante 16.02.2007

© Henk F. Hansma

Hemrik

Berichtnr.:1150

Share This:

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Algemeen, Geschiedenis, Simmerwei